Orthodox Klooster van de Heilige Johannes de Voorloper

Advent, voorbereiding op het Kerstfeest

In de voorbereidingstijd voor het Kerstfeest, de Advent, trachten we opnieuw onszelf bewust te maken wat de Menswording van de Zoon van God voor ons te betekenen heeft. Want Kerstmis is niet zo maar een plezierige feesttijd, het is een feest omdat de gebeurtenis die we gedenken, die we beleven, van zulk een alles beslissende betekenis is voor de mensheid als geheel. We hebben meermalen nagedacht over de onderlinge verbondenheid van alle mensen. Het bestaan van ieder van ons is op zulk een veelvuldige wijze verweven met de levensloop van alle andere mensen, zowel die nu leven als die vóór ons geweest zijn en die na ons komen. We zijn niet alleen uit dezelfde stof gemaakt, maar ook op allerlei manieren afhankelijk van elkaar. Hoezeer wij ons in het leven als geheel aparte individuen ervaren, wanneer we er over nadenken beseffen we dat dit maar een gedeelte van de waarheid is. In ontelbare opzichten hebben wij de anderen nodig, en we kunnen niet anders dan tot de gevolgtrekking komen dat we in feite een eenheid vormen, zoals ook ons menselijk lichaam, met al zijn uiteenlopende organen en vermogens, een eenheid is.

We hebben deel aan elkander, zowel in het goede als in het kwade. We hebben niet alleen deel aan elkander, maar als bewuste wezens hebben we ook verantwoordelijkheid voor elkander. Naast alle ellende die onze tegenwoordige tijd oplevert, is het een straal van hoop dat dit besef van verantwoordelijkheid onder de mensen begint te groeien. Hoe machteloos we er ook tegenover staan, het laat ons niet onverschillig wanneer ergens ter wereld mensen in een wanhopige situatie verkeren. Het is nog maar een begin en we moeten nog naar de weg zoeken waarop we dit meeleven effectief kunnen maken. Het is heel gemakkelijk schampere opmerkingen te maken over onze blijkbare onmacht en de schouders op te halen, maar als er ooit iets gebeuren wil, dan zijn we genoodzaakt uit te gaan van dit povere begin.

Voor ons, christenen, geldt dit hoopvolle uitzicht in nog veel sterkere mate. Wij weten dat we bij deze wanhopig zware opgave niet uitsluitend op menselijke krachten behoeven te vertrouwen. Het feit dat God Zélf mens is geworden, heeft in de mensheid een levenskracht binnengebracht die niet vernietigd kan worden en die na elke nederlaag zich weer omhoog zal worstelen, zoals Christus uit de dood is opgestaan. Hij heeft Zich ontledigd van Zijn goddelijke heerlijkheid en almacht om werkelijk een levend deel te worden van ons geslacht. Hij heeft daarin binnengebracht Zijn absolute zuiverheid, liefde en toewijding. Hij heeft de inspiratie geschonken van Zijn Heilige Geest. Telkens weer bezielt Hij bepaalde mensen om een leven te leiden van een alles overtreffende waarde, mensen die worden uitgetild ver boven hun eigen beperktheid en daardoor een diepe betekenis verkrijgen voor vele anderen, zodat de mensheid weer een stap gevorderd is in de richting van haar doel: Gods liefde op bewuste wijze zichtbaar maken in dit aardse hoekje van het heelal.

Dit besef kwam al triomfantelijk te voorschijn bij de Profeten van het Oude Verbond. Onder de zo uiteenlopende talenten die aan de mensen geschonken zijn, bestaat er ook een welke een verhoogde gevoeligheid met zich meebrengt voor het waarnemen van Gods werken in Zijn schepping, en in het bijzonder in de tot bewustzijn gekomen schepping, de mensheid. Daarom lezen wij juist in deze voorbereidingstijd de geschriften van de oude profeten, die niet alleen die gevoeligheid bezaten, maar ook het talent om hun inzichten en ervaringen onder woorden te brengen in een geïnspireerde taal, welke nog steeds het vermogen bezit om door te dringen in onze ziel. We zingen hun profetische uitspraken en daarbij komt Christus ons voor ogen. Zijn persoon, zoals we die kennen uit de verhalen van de Evangeliën, krijgt hierdoor een nog veel grotere diepte en omvattendheid. Wij zien daardoor Christus niet alleen maar als het begin van een nieuwe tijd, maar als het levende middelpunt van het bestaan der mensheid. De verbindingsschakel tussen de ongenaakbare Godheid en de in de mensheid gewortelde mensgeworden Zoon van God is zij in wie Zijn menselijk lichaam vorm en gestalte heeft aangenomen: de Maagd Maria, die daarom de verheven naam mag voeren: Moeder Gods, hoe onmogelijk dit ook klinkt. Juist in deze tijd van de voorbereiding op die Geboorte wordt haar gedachtenis op nog intenser wijze gevierd, en door verschillende feesten komt dit op bijzondere wijze tot uiting. We hebben de 21e november reeds de Tempelgang gevierd en nu gedenken we de 9e december haar allereerste levensbegin: de ontvangenis. Door dit vieren getuigen we dat de mensheidsgeschiedenis niet maar iets willekeurigs en toevalligs is, maar dat er onder de oppervlakte een levensstroom bestaat die een richting bezit en gegrondvest is in Gods scheppende liefde.

Die liefde komt ook op indrukwekkende wijze tot uiting in het leven van de apostel Andreas die wij de 30e november gedenken. Hij heet de Eerstgeroepene van de apostelen en hij brengt zijn broer Simon, de latere Petros, tot Christus. Zijn zwerftochten voor de Evangelieprediking strekten zich uit over het gehele nabije Oosten, tot aan de overkant van de Zwarte Zee, in het verre Sebastopol. Daar zou hij geprofeteerd hebben dat heel het verdere gebied eens aan Christus zou toebehoren; in het bewustzijn van het Russische volk leeft hij daarom als de Apostel van Rusland.

De volgende dag, 1 december, vieren we de gedachtenis van de heilige Filaretos de Barmhartige, wiens leven klinkt als een sprookje. Hij was een rijke ingezetene van een dorp in Klein-Azië, en onderscheidde zich door zijn vrijgevigheid en persoonlijke zorg voor allen die in nood verkeerden. Zelf werd hij echter bijna tot de bedelstaf gebracht door invallen van omringende volksstammen, die alles roofden en de gehele streek verwoestten. Maar zelfs het ene koppel ossen dat hem was overgebleven, deelde hij, ondanks het protest van zijn gezin, nog met zijn buurman die in het geheel niets meer bezat, zodat zij toch min of meer hun land konden bewerken. Maar juist deze dwaasheid bracht de omkeer. Het verhaal werd rondverteld, en keizerin Irene, die een goede vrouw zocht voor haar zoon, de toekomstige keizer Konstantijn Porfyrogenetos, (eind 8e eeuw), koos daarvoor een dochter van deze groothartige mens. Filaretos kwam daardoor opnieuw tot grote welstand en kon nu de barmhartigheid beoefenen op nog veel grotere schaal. Bij elke gelegenheid tot feest richtte hij een banket aan voor de armen, waarbij hij met heel zijn talrijk gezin de gasten bediende.

4 December is het feest van de heilige martelares Barbara, die grote bekendheid geniet bij de christenen van Oost en West. Over haar leven bestaan zeer uiteenlopende legenden, het heeft blijkbaar sterk tot de volksverbeelding gesproken, maar geschiedkundig is er niets met zekerheid over haar bekend. Heel typerend is het verhaal dat zij door haar vader in een toren was opgesloten, en dat zij daarin een derde venster liet aanbrengen om eer te geven aan de heilige Drieëenheid die zij schouwde in haar ziel. Veel meer is bekend van de heilige Joannes Damaskenos, de laatste van de officieel erkende Kerkvaders. Hij leefde in de 8e eeuw en speelde een belangrijke rol bij het verdedigen van de verering der heilige Ikonen. Hij heeft ook voor het eerst een systematische samenvatting gegeven van de orthodoxe theologie, en wordt daarom nog steeds bestudeerd. Nog belangrijker is dat hij tegelijk een begaafd dichter was, die de geloofsinhoud in meeslepende hymnen wist te verwoorden. We behoeven daarbij maar te denken aan de jubelende Paascanon, die aan het Feest der feesten zulk een rijke gestalte geeft.

En vooral niet te vergeten is ook de 6e december, met de heilige Nikolaas, die eveneens de Barmhartige heet, en die zulk een grote populariteit geniet zowel in Rusland als in Nederland. Hij is het prototype geworden van de heilige bisschop, de eerste van een lange reeks uit de tijd na de grote vervolgingen. Bij hen is de geestelijke zorg voor hun gelovigen geheel samengesmolten met de vaderlijke zorg voor hun algemeen welzijn. Zij boezemden ontzag in door de kracht van hun persoonlijkheid, maar tegelijk liefdevol vertrouwen door hun beminnelijkheid. Laten wij niet alleen genieten van hun weldaden, maar God bewust danken dat Hij telkens weer zulke mensen in het leven roept.